De Belastingdienst kan bij beoordeling van een arbeidsrelatie tot de conclusie komen dat sprake is van een dienstbetrekking in plaats van zelfstandigheid. Dit kan leiden tot financiële consequenties voor zowel opdrachtgever als zzp’er. Techniek Nederland adviseert opdrachtgevers daarom om bij het opstellen van een overeenkomst met een zzp’er duidelijke afspraken te maken over de risico’s van een mogelijke herkwalificatie door de Belastingdienst.
Maak heldere afspraken in de overeenkomst
Omdat de Belastingdienst een andere inschatting kan maken dan jij en de zzp’er, is het verstandig om vooraf vast te leggen wat er gebeurt als de zzp’er toch als werknemer wordt aangemerkt. Neem daarom de volgende bepalingen op in de overeenkomst:
- Doorbelasting van nageheven loonheffingen
Spreek af dat loonbelasting en premies voor de volksverzekeringen die alsnog worden geheven, op de zzp’er worden verhaald.
Let op: premies voor werknemersverzekeringen en de inkomensafhankelijke bijdrage Zvw mogen niet worden doorbelast – deze blijven voor rekening van de opdrachtgever. - Verhaal van verzuim- of vergrijpboete
Leg vast dat eventuele boetes die de Belastingdienst oplegt in verband met schijnzelfstandigheid, eveneens voor rekening van de zzp’er komen. - Doorbelasting werknemersdeel pensioenpremie
Indien pensioenpremies worden nageheven, mag het werknemersdeel op de zzp’er worden verhaald. Het werkgeversdeel blijft voor rekening van de opdrachtgever.
Waarom dit belangrijk is
Het ontbreken van duidelijke afspraken kan leiden tot hoge onverwachte kosten voor opdrachtgevers wanneer de Belastingdienst achteraf oordeelt dat er sprake was van een dienstbetrekking. Door bovenstaande bepalingen in de overeenkomst op te nemen, beperk je het risico op financiële schade.
Meer weten?
Wilt u zeker weten dat jouw overeenkomsten met zzp’ers voldoen aan de laatste richtlijnen? Neem dan contact op met Techniek Nederland Advies of raadpleeg onze checklist voorkomen van schijnzelfstandigheid zzp’ers.